Algemeen
- Belangrijk voor het tijdstip van starten behandeling is het feit of er sprake is van een biochemisch recidief of symptomatisch recidief (of dat dit laatste snel te verwachten is)
- Streef (indien de patiënt daarvoor in aanmerking komt) naar een autologe SCT, indien deze eerder niet is gegeven
- Overweeg inductiebehandeling richting een tweede autologe SCT, indien:
- Minstens VGPR na de eerste autologe SCT
- Progressievrije overleving >24 maanden (>36 maanden als tijdens lenalidomide onderhoud)
- Nog voldoende stamcellen zijn ingevroren
- Een combinatie met drie middelen heeft de voorkeur, zowel bij tweedelijnsbehandeling als bij verdere lijnen van behandeling
- Bepaal bij oudere patiënten (opnieuw) de IMWG frailty score. Zie Risicoclassificatie en pas doseringen aan conform moederprotocollen
- De keuze van behandeling is afhankelijk van:
- Of patiënten in aanmerking komen voor een (tweede) autologe SCT of een allogene SCT (doel: bereiken diepe respons)
- Of recidief tijdens (onderhouds)behandeling met lenalidomide ontstaan is (lenalidomide refractair) of niet (over het algemeen bortezomib in de eerste lijn)
- Wel of geen eerdere behandeling met / refractairiteit voor daratumumab
- Het heeft de voorkeur om patiënten, indien mogelijk, te behandelen in studieverband. Verwijs zo nodig naar een ziekenhuis in de regio of elders in het land
Flowchart
Klik HIER voor een flowchart voor de verschillende behandelopties bij recidief / refractair multipel myeloom.
Studies
Zie Studieprotocollen MM voor de lopende studies in de regio.
Zie website HOVON voor HOVON geassocieerde studies die elders in het land lopen.
Behandeling buiten studieverband
Behandelschema's
Zie document Alternatieve behandelschema's multipel myeloom voor de specificatie van mogelijke behandelingen indien snel progressief of primair refractair op Dara-VRd (afgeschermd, alleen toegankelijk via netwerk Radboudumc).
Recidief tijdens behandeling met lenalidomide (lenalidomide refractair), tweedelijnsbehandeling
Indien patiënt in aanmerking komt voor een (tweede) autologe SCT:
- Overweeg opnieuw inductiebehandeling (met anti-CD38 therapie) indien in het verleden ≥VGPR bereikt is
Indien niet eerder behandeld met daratumumab of niet refractair / geen progressie op daratumumab:
- Isatuximab - carfilzomib - dexamethason*
- Daratumumab - carfilzomib - dexamethason*
- Andere opties:
- Daratumumab - bortezomib - dexamethason (mits niet bortezomib / carfilzomib refractair of intolerant)
- Daratumumab - pomalidomide - dexamethason
Indien eerder behandeld met daratumumab en/of refractair:
- Pomalidomide - bortezomib - dexamethason
- Carfilzomib - dexamethason
- Bortezomib - dexamethason
* Re-inductie behandeling met 4 kuren voor tweede autologe SCT.
Recidief of progressie na een op bortezomib gebaseerde behandeling (niet lenalidomide refractair), tweedelijnsbehandeling
- Daratumumab - lenalidomide - dexamethason
- Carfilzomib - lenalidomide - dexamethason*#
- Andere opties:
- Isatuximab - carfilzomib - dexamethason
- Ixazomib - lenalidomide - dexamethason
- Elotuzumab - lenalidomide - dexamethason
- Carfilzomib - dexamethason
- Lenalidomide - dexamethason
- Pomalidomide - bortezomib - dexamethason
* Voorkeur bij patiënten die anti-CD38 monoklonale antistoftherapie refractair (of -intolerant) zijn.
# Indien patiënt kandidaat is voor een (tweede) autologe SCT met onvoldoende opgeslagen autologe stamcellen, stamcelmobilisatie zo spoedig mogelijk uitvoeren bij IMID-regimes (bij voorkeur na 2 kuren indien respons).
Schema met lenalidomide kan herhaald worden als recidief >1 jaar na staken van therapie optreedt en destijds VGPR of beter werd bereikt.
Therapie vanaf derdelijnsbehandeling (over het algemeen refractair voor bortezomib én lenalidomide)
Behandel zo veel mogelijk in studieverband. Zie Studieprotocollen MM. Overleg voor start behandeling of er nog studies of andere opties (zoals compassionate use programma's) te verwachten zijn.
Behandelopties indien NIET refractair op anti-CD38 therapie:
- Isatuximab - carfilzomib - dexamethason
- Daratumumab - carfilzomib - dexamethason
- Isatuximab - pomalidomide - dexamethason
Behandelopties indien WEL refractair op anti-CD38 therapie:
- Additie van alkylerende therapie aan IMiD (eerste voorkeur):
- Lenalidomide - cyclofosfamide - prednisolon (REP)
- Pomalidomide - cyclofosfamide - dexamethason (PED)
- Elotuzumab - pomalidomide - dexamethason
- Anti-BCMA monoclonale therapie (nog niet vergoed)
Ontwikkeling van agressieve/extramedullaire ziekte in de loop van de behandeling
Bepaal het doel van de behandeling: langdurige respons proberen te bereiken dan wel palliatie.
Behandelopties voor debulking van ziekte of bereiken langdurige respons:
- Lenalidomide - adriamycine - dexamethason (RAD)
- Bortezomib - adriamycine - dexamethason (PAD)
Ga terug naar de MM homepage of lees meer over MM:
- Diagnostiek
- Classificatie
- Risicoclassificatie
- Behandeling
- Respons criteria
- Follow up
- Richtlijnen en literatuur
- Beheer en wijzigingenhistorie
Ga terug naar de algemene homepage Behandelprotocollen.