Beloop van een CT-scan

Bij een CT-scan ligt u op een onderzoekstafel. Deze tafel wordt door de CT-scanner geschoven om opnamen te maken. De CT-scanner is een ‘ring’ van 70 cm door­snede en 50 cm diep. Bij een CT-scan van de longen of buik wordt u vaak gevraagd om de adem in te houden.

Bij sommige CT-scans wordt er gebruik gemaakt van een contrastmiddel. Dit kan nodig zijn om betere beelden te krijgen. Het contrastmiddel krijgt u via een infuus of als drankje. In plaats van een contrastmiddel kunt u ook gevraagd worden om water te drinken.

Als u contrastmiddel via een infuus heeft gekregen, dan is het belangrijk dat u tot 24 uur na het onderzoek goed drinkt, zodat uw nieren dit middel weer uit kunnen scheiden. 

Nadat de CT-scan is gemaakt worden de beelden beoordeeld door een radioloog.


Wat is een CT-scan?

CT staat voor computer tomografie. Met een CT-scan kunnen de vorm van organen, weefsels en structuren gedetailleerd in beeld worden gebracht. lees meer

Wat is een CT-scan?

CT staat voor computer tomografie. Met een CT-scan kunnen de vorm van organen, weefsels en structuren gedetailleerd in beeld worden gebracht. Dit wordt gedaan door het maken van dunne dwarsdoorsneden van (een bepaald deel van) het lichaam of een orgaan. Deze worden met behulp van röntgenstralen gemaakt.


Beloop van een CT-scan

Bij een CT-scan ligt u op een onderzoekstafel. Deze tafel wordt door de CT-scanner geschoven om opnamen te maken. lees meer